Louis Geleijnse blikt vooruit

Facebooktwitterredditpinterestlinkedintumblrmail

Het is maar hoe je er naar kijkt. Het hoogste bestuurlijke orgaan van de Nederlandse Basketball Bond (NBB) is de Algemene Vergadering. De clubs kiezen de afgevaardigden voor deze vergadering. En dus hebben de clubs het binnen de basketballsport voor het zeggen. Het is inderdaad maar hoe je er naar kijkt. Want bij de sportbonden van vandaag de dag is de invloed van clubs flink tanende. Andere partijen grijpen de macht!

Voor een liefhebber van basketball is basketball gewoon basketball, simpelweg omdat basketball de mooiste sport ter wereld is. Maar voor de subsidieverstrekkers van Nederland is sport ook een middel. Sport moet kinderen dunner maken. Sport moet allochtone jongeren integreren. Sport moet woonwijken leefbaarder maken. Sport moet Nederland bij elkaar houden. En sportbonden moeten en willen wel mee. Er is immers geldgebrek en de meerderheid is politiek gengageerd. Maar dit is de prijs: bij de sportbonden van vandaag neemt de invloed van subsidieverstrekkers toe. In mijn bond zit meer subsidiegeld dan contributiegeld. De NBB stopt bijgevolg meer tijd in het vinden, volgen en verantwoorden van subsidies dan in het vinden, volgen en verantwoorden van contributies. Subsidiegevers zijn nooit fysiek aanwezig op onze algemene vergaderingen. Toch hebben ze veel invloed. Op bepaalde terreinen zijn subsidiegevers als VWS en NOC*NSF leidend, wij volgend. Zomaar een feit: als de budgetten van de drie heren eredivisie clubs van basketballend Nederland bij elkaar worden opgeteld, komt er een bedrag uitrollen dat groter is dan het totale budget van de Nederlandse Basketball Bond. De eredivisieclubs hebben meer mensen in dienst dan de NBB. De economische macht over de basketballsport ligt bij de topclubs. Maar laat het woord “club” gerust weg. Het gaat steeds vaker om bedrijven die particuliere eigenaren hebben. Het gaat om bedrijven waarin genvesteerd wordt, waar klanten aan hun trekken komen en winst gemaakt moet worden. Op de algemene vergadering van onze bond zijn ze echter niet of nauwelijks aanwezig. Ze tellen een beetje mee, met twee (!) stemmen op een totaal aantal van een paar honderd stemmen. Toch hebben ze veel invloed. Op bepaalde terreinen zijn eredivisieclubs als MyGuide Amsterdam en EiffelTowers Den Bosch leidend, wij volgend. (Wat zou er met onze bond gebeuren als deze twee bedrijven ook recreatieve basketball competities zouden gaan aanbieden? Want dat dit een winstgevende businesscase kan zijn, lijkt evident.)Ook sportsponsoring is niet meer weg te denken uit de praktijk van de hedendaagse bonden. Sommige leden denken nog dat het hierbij gaat om zoiets simpels als een logo drukken op een shirt of een reclamebord en het versturen van de bijbehorende facturen. Het tegendeel is waar. In marketingland noemen ze het engagement: de sponsor komt zo dichtbij dat de sporter zijn sport niet anders kan beleven dan s&aacutemen met het merk dat sponsort. In de praktijk van een bond betekent dit een bijna dagdagelijks contact met de sponsor teneinde alle details samen met hem vorm te geven. Op de algemene vergadering van onze bond zijn de sponsoren niet of nauwelijks aanwezig. Op hun terreinen zijn ze echter leidend, wij volgend. Het is een bekend verschijnsel: de juridische werkelijkheid sluit vaak pas tot slot aan bij de economische realiteit. We zijn toe aan een volgend hoofdstuk. Het is tijd voor een splitsing. De clubs moeten een NBB krijgen die ze verdienen. Dat wil zeggen een bureau dat 100% service verleent aan de vrijwilligers die zelf dag in dag uit service verlenen aan individuele basketballers. Een bureau dat van hun is, dat met het contributiegeld doet wat zij willen en wat hun leden nodig hebben.De basketballmarkt moet aangevallen worden met een bedrijf, want met basketball is ongelooflijk veel geld te verdienen. Dat vraagt om een aanpak waarbij basketball 365 dagen per jaar zichtbaar wordt. Overal en op alle denkbare manieren. Dus zowel met topsport, als met media als websites, televisie, games en bladen. Maar ook met urban concepten als streetball. En dus ook met eredivisie en nationale teams. Met All Star Games. En met innovatieve producten waarbij ander basketball geboden wordt dan club basketball. Dus niet: lid worden, wekelijks trainen en twintig wedstrijden spelen. Maar: individueel inschrijven en in circuitverband zowel &eacute&eacuten tegen &eacute&eacuten, twee tegen twee, drie tegen drie spelen, om daarna een wedstrijdje vrije worpen of driepunters te doen, om daarna even NBA Live te gamen, enzovoorts. Dit bedrijf specialiseert zich in het bedrijfsmatig afstruinen van de subsidiemarkt, want de volgorde wordt hier omgekeerd. Het bedrijf benut de subsidies om het product basketball te verkopen omdat &eacutelke uitingsvorm van basketball welkom is. Aan scholen worden gesponsorde pakketten basketball weggegeven. Het bedrijf neemt een aandeel in een firma die baskets voor particulier gebruik produceert. De staf bestaat uit marketeers, communicatiedeskundigen en persvoorlichters. Het is create, make, sell, over and over again. Het zijn twee verschillende werelden. Zullen we ze onder de vlag van de NBB splitsen? Laten we dan voor zorgen dat zaken als besturing, directie en bemensing en aansluiten bij de wereld waarin gewerkt wordt. Als we niet splitsen, zal de spagaatbeweging die gaande is, vanzelf voor scheuring zorgen. Voor een pijnlijke scheuring, dan wel te verstaan.